De voorzitter opent de vergadering om 20 uur; er zijn 2 verontschuldigingen nl. schepen Willems R. en mevrouw Lambrechts M..
Op dit ogenblik is dhr. Vertruyen O. afwezig, hij zal later de gemeenteraad vervoegen.
De gemeenteraad,
Overwegende dat door Bouwgroep 21, vertegenwoordigd door dhr. De Deckere Koen, met als contactadres Eikenlaan 34 te 2980 Zoersel een omgevingsvergunning voor het bouwen van twee halfopen ééngezinswoningen, werd ingediend op 19 september 2022 met bijkomende informatie ontvangen op 26 oktober 2022, volledig en ontvankelijk verklaard op 22 november 2022, voor een grond gelegen te 2240 Zandhoven, Driehoekstraat 139, ten kadaster gekend afdeling 1, sectie C nrs. 3T4 en 3N10;- dat de aanvrager, voormeld, ter gelegenheid van de indiening van de omgevingsvergunning, een belofte van kosteloze grondafstand heeft bijgevoegd;- dat ca. 28m², grond langsheen Driehoekstraat 139A en 139B, kosteloos aan de gemeente zal worden afgestaan onder voorbehoud van het verkrijgen van de omgevingsvergunning, grond om de genoemde weg – overeenkomstig de bestaande rooilijn, goedgekeurd op 10 december 1990 – te kunnen realiseren.
Gelet op artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende omgevingsvergunning.
Gelet op het plan ‘grondafstand’, opgemaakt landmeetkantoor Pluym met als contactadres Schriekbos 34 te 2980 Zoersel waarop voornoemde inneming in het geel staat aangeduid als ‘lot 3’.
Overwegende dat het achterste gedeelte van het perceel gelegen is binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Langestraat.
Overwegende dat het gebied niet is gelegen binnen de grenzen van het bijzonder plan van aanleg.
Overwegende dat het gebied niet gelegen is binnen de grenzen van een niet vervallen goedgekeurde verkaveling.
Overwegende dat het gebied waarin het perceel van de aanvraag zich bevindt, gelegen is woongebied en ambachtelijke zone voor kleine en middelgrote ondernemingen, volgens het vastgestelde gewestplan.
Gelet op het proces – verbaal van onderzoek van 4 januari 2023, waaruit blijkt dat er geen bezwaarschriften werden ingediend.
Overwegende dat het voorstel van wegtracé en van kosteloze grondafstand eerst door de gemeenteraad dient aanvaard te worden alvorens het college van burgemeester en schepenen een beslissing kan nemen over de omgevingsvergunning.
Overwegende dat de aanvraag geen wijziging omvat van de bestaande wegenis omtrent ligging, breedte en uitrusting;- dat een deel van de voortuin wordt overgedragen om in te lijven in het openbaar domein.
Overwegende dat met het voorgelegd wegentracé akkoord kan gegaan worden.
Overwegende dat de kosteloze grondafstand zal geschieden overeenkomstig de gegevens van voornoemd plan;- dat het college van burgemeester en schepenen de kosteloze grondafstand, de bijhorende kosten en de inrichting van de verkregen grond als last kan opleggen bij een eventuele omgevingsvergunning conform artikel 75 van het omgevingsvergunningsdecreet.
Gelet op de artikels 40 en 41 van het decreet Lokaal Bestuur.
Artikel 1.
Het plan ‘grondafstand’, voor wat betreft de grondafstand, opgemaakt door landmeetkantoor Pluym, met als contactadres Schriekbos 34 te 2980 Zoersel, waaruit blijkt dat ca. 28m² grond langsheen Driehoekstraat 139A en 139B, aan de gemeente Zandhoven kosteloos zal worden afgestaan, wordt goedgekeurd.
Artikel 2.
Het tracé van de weg en de rooilijn ter hoogte van Driehoekstraat 139A en 139B, wordt definitief goedgekeurd.
Artikel 3.
De “Belofte van kosteloze grondafstand”, opgesteld aan de hand van de in het vorig artikel goedgekeurd plan ‘grondafstand’, wordt goedgekeurd en het voorstel van kosteloze grondafstand wordt aanvaard.
Artikel 4.
Afschrift van deze beslissing zal bij de aanvraag tot omgevingsvergunning gevoegd worden.
Dhr. Stulens P. stelt voor om agendapunten 2, 11 en 12 samen te bespreken. De gemeenteraadsleden gaan hier eenparig mee akkoord.
Dhr. Vertruyen O. vervoegt de raad alvorens tot stemming wordt overgegaan.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017.
Gelet op zijn beslissing van 24 mei 2007 waarbij de deontologische code voor lokale mandatarissen werd goedgekeurd;- dat deze aan vernieuwing toe is.
Gelet op het model deontologische code voor lokale mandatarissen van de VVSG.
Overwegende dat de deontologische code voor lokale mandatarissen de mandatarissen een kader geeft waarbinnen ze hun mandaat moeten uitoefenen;- dat de belangrijkste doelstelling is om een veilige omgeving te creëren waarbinnen de lokale mandatarissen moeten werken;- de code is een algemene leidraad voor lokale mandatarissen om deontologisch zorgvuldig te kunnen handelen bij de uitoefening van het mandaat;- dat dit handelen steunt op de volgende waarden: dienstbaarheid, functionaliteit, onafhankelijkheid, openheid, vertrouwelijkheid en zorgvuldigheid.
Gelet op het ontwerp van deontologische code dat wordt voorgelegd.
Overwegende dat met de inhoud van de deontologische code akkoord kan gegaan worden.
Bij de bespreking van dit agendapunt, hoort de gemeenteraad tussenkomsten van:
- dhr. Nagels P., die het volgende verklaart: "Uit “MODEL” is Artikel 22 weggelaten, waarom? Een lokale mandataris houdt zich aan de regels over onkostenvergoedingen zoals vastgesteld in het huishoudelijk reglement. In het model staat: “Tenslotte is er ook een bijlage met wettelijke verwijzingen. Het is voor de lokale mandataris handig dat deze steeds toegevoegd is aan de code. Daarom raden we aan deze bijlage onderdeel te maken van lokale code. Waar is deze bijlage gebleven? Bij ons model staan enkel de verwijzingen, niet de effectieve bijlage met toelichting van de verwijzingen."
- dhr. Vanslambrouck J. die vraagt om de voorgestelde amendementen voor artikelen 8, 9 en 10 op te nemen in de definitieve versie van de deontologische code.
- dhr. Stulens P., die het volgende verklaart: "We zijn uiteraard blij dat er eindelijk werk werd gemaakt van het aanpassen van de oude deontologische code. Maar naast onze drie amendementen zou ik toch ook willen wijzen op het punt 12 dat ik op de dagorde liet plaatsen, namelijk de oprichting van een deontologische commissie. De deontologische code van 24 mei 2007 sloot af met het zinnetje: Zolang er geen deontologische commissie is opgericht zal de gemeenteraad deze taak zelf waarnemen. Dit staat er nu niet meer letterlijk in. Maar als ik kijk naar de artikelen 33 tot 39 die handelen over de naleving en handhaving van de code, dan stel ik vast dat het toch de gemeenteraad is die de regels opstelt over het omgaan met de code, over de schendingen ervan, over het handelen ernaar, en bij een schending een uitspraak kan doen. Welnu, vorige week dinsdag 17 januari werd in de commissie Binnenlands Bestuur van het Vlaams parlement een voorstel van decreet goedgekeurd dat werd ingediend door leden van alle meerderheidspartijen, dat ook door Vlaams Belang werd gesteund, en dat bepaalt dat de gemeenteraad verplicht is om een deontologische commissie op te richten. Bij navraag blijkt dat dit op de plenaire zitting van volgende week staat geagendeerd en er ongetwijfeld ook zal worden goedgekeurd. Vandaar mijn voorstel, noem het een vierde amendement, om in de code ook reeds op te nemen dat de deontologische commissie bestaat uit de leden van de gemeenteraad, dit op te vermijden dat de code binnen enkele weken weerom moet aangepast worden.”
Nadat de burgemeester geantwoord heeft dat de deontologische commissie zal geagendeerd worden op de gemeenteraad van zodra het definitief is omdat er mogelijks nog wijzigingen worden aangebracht, gaat de gemeenteraad over tot de bespreking van het volgend punt van de dagorde.
Artikel 1.
Goedkeuring te verlenen aan navolgend deontologische code:
Deontologische code voor lokale mandatarissen |
1. Toepassingsgebied
Artikel 1
De deontologische code is van toepassing op de lokale mandatarissen.
Voor de gemeente worden hieronder begrepen:
Deze code is bij uitbreiding eveneens van toepassing op de vertrouwenspersonen van de lokale mandataris.
Lokale mandatarissen die namens de gemeente andere mandaten bekleden, zijn in die hoedanigheid eveneens ertoe gehouden de bepalingen van de deontologische code na te leven. Dit geldt zowel voor de mandaten die rechtstreeks in verband staan met hun ambt als voor alle hiervan afgeleide mandaten.
Indien een mandaat namens de gemeente wordt opgenomen door een extern persoon, dus niet vermeld onder de eerste paragraaf van dit artikel, zal bij diens aanstelling gevraagd worden deze deontologische code te onderschrijven.
Zij zullen er tevens over waken dat zij, ook buiten het kader van deze mandaten, geen dienstverlenende activiteiten ontplooien die afbreuk doen aan de eer en de waardigheid van hun ambt.
2. Belangenvermenging en de schijn ervan
Artikel 2
Een lokale mandataris mag zijn/haar invloed en stem niet gebruiken voor het eigen persoonlijk belang. Dat mag ook niet voor het persoonlijk belang van een ander persoon of het belang van een organisatie bij wie hij/zij een directe of indirecte betrokkenheid heeft.
Artikel 3
Een lokale mandataris gaat actief en uit zichzelf alle vormen van belangenvermenging, en zelfs de schijn daarvan, tegen. Een lokale mandataris neemt geen deel aan de bespreking en de stemming wanneer er sprake is van een beslissing waarbij belangenvermenging speelt.
Gedrag bij stemming en beraadslaging: decreet Lokaal Bestuur, artikel 27 §1, §3 en §4
Gedrag bij stemming en beraadslaging: Wet op de overheidsopdrachten, artikel 8
Gedrag bij stemming en beraadslaging: Burgerlijk Wetboek, artikel 1596
Artikel 4
Een lokale mandataris beseft dat mogelijke belangenvermenging niet beperkt is tot de bespreking en stemming. Daarom zorgt een lokale mandataris dat er ook geen enkele beïnvloeding is tijdens de andere fases van het besluitvormingsproces.
Artikel 5
Een lokale mandataris zorgt dat bij contacten met de burger nooit de schijn gewekt wordt dat particuliere belangen begunstigd (kunnen) worden.
Artikel 6
Een lokale mandataris mag de in artikel 10 van het decreet Lokaal Bestuur genoemde functies niet uitoefenen.
Verboden functies voor lokale mandatarissen: decreet Lokaal Bestuur, artikel 10
Onverenigbaarheden: decreet Lokaal Bestuur, artikel 11
Artikel 7
Een lokale mandataris mag de in artikel 27 §2 van het decreet Lokaal Bestuur genoemde overeenkomsten en handelingen niet aangaan.
Verboden handelingen: decreet Lokaal Bestuur, artikel 27 §2 en §3
Artikel 8
Ter bevordering van de transparantie en om schijn van partijdigheid te voorkomen, meldt een lokale mandataris aan de algemeen directeur welke betaalde en onbetaalde mandaten hij/zij vervult naast het politiek mandaat bij het lokaal bestuur.
De lokale mandataris doet deze melding binnen de 30 dagen nadat hij/zij het mandaat heeft opgenomen. Nieuw aangestelde lokale mandatarissen doen de aangifte binnen de 30 dagen na hun aanstelling.
Artikel 9
Een lokale mandataris meldt aan de algemeen directeur wanneer hij/zij substantiële financiële belangen heeft (bijvoorbeeld aandelen of opties) in een onderneming waarmee de gemeente zaken doet of waarin de gemeente een belang heeft.
De lokale mandataris doet deze melding binnen de 30 dagen nadat hij/zij het mandaat heeft opgenomen. Nieuw aangestelde lokale mandatarissen doen de aangifte binnen de 30 dagen na hun aanstelling.
Artikel 10
De door een lokale mandataris gemelde mandaten en substantiële financiële belangen zijn openbaar en worden ter inzage gelegd. Ook een tussentijds ontstaan mandaat of belang moet meegedeeld worden. De algemeen directeur of een personeelslid dat daartoe door de algemeen directeur werd aangewezen, draagt zorg voor een geactualiseerde openbare lijst van gemelde mandaten en belangen.
De meldingen gedaan in toepassing van de artikelen 8 en 9 van deze code worden vermeld op de webstek van de gemeente Zandhoven binnen de 30 dagen na ontvangst van de melding.
3. Corruptie en de schijn ervan
Artikel 11
Een lokale mandataris mag zijn/haar invloed en stem niet laten kopen of beïnvloeden door geld, goederen, diensten of andere gunsten die hem/haar gegeven of beloofd werden.
Artikel 12
Een lokale mandataris moet actief en uit zichzelf de schijn van corruptie tegengaan.
Wetgeving inzake corruptie: Strafwetboek, artikel 245
3.1. Het aannemen van geschenken
Artikel 13
Een lokale mandataris neemt geen geschenken aan die hem/haar door zijn/haar functie worden aangeboden. Eventueel uitgezonderd zijn de incidentele, kleine attenties (zoals een bloemetje of een fles wijn) waarbij de schijn van corruptie en beïnvloeding minimaal is én waarbij minstens aan één van de onderstaande voorwaarden voldaan wordt:
Artikel 14
Als geschenken (al dan niet volgens de regels in artikel 13 van deze code) in het bezit komen van een lokale mandataris, wordt dit door de lokale mandataris gemeld aan de algemeen directeur.
Afhankelijk van de aard van het geschenk en de omstandigheden waarin het gegeven werd, wordt het ofwel alsnog terugbezorgd, ofwel eigendom van de gemeente. De algemeen directeur registreert deze giften en geeft ze in alle transparantie een gemeentelijke bestemming.
Artikel 15
De gemeenteraad kan in concrete gevallen afwijken van de regels die gelden over het aannemen van geschenken. Dit kan enkel in volledige openbaarheid.
3.2. Het aannemen van persoonlijke geschenken, voordelen en diensten
Artikel 16
Een lokale mandataris accepteert geen persoonlijke geschenken, voordelen of diensten van anderen, die hem/haar uit door zijn/haar functie worden aangeboden, ontvangen, tenzij aan alle onderstaande voorwaarden voldaan wordt:
Artikel 17
Een lokale mandataris gebruikt die persoonlijke geschenken, voordelen of diensten die voor zijn/haar raadswerk aangenomen mogen worden nooit voor privédoeleinden.
3.3. Het aannemen van uitnodigingen (voor bijvoorbeeld diners of recepties)
Artikel 18
Een lokale mandataris accepteert uitnodigingen (lunches, diners, recepties en andere) die door anderen betaald of gefinancierd worden enkel wanneer aan alle onderstaande voorwaarden voldaan wordt:
3.4. Het accepteren van reizen, verblijven en werkbezoeken
Artikel 19
Een lokale mandataris accepteert werkbezoeken, waarbij reis- en verblijfkosten door anderen betaald worden alleen bij hoge uitzondering. Een dergelijke invitatie dient altijd besproken te worden op de gemeenteraad. De invitatie kan alleen geaccepteerd worden wanneer het bezoek aantoonbaar van belang is voor de gemeente en de schijn van corruptie of beïnvloeding minimaal is. Van een dergelijk werkbezoek wordt altijd (schriftelijk) verslag gedaan aan de raad.
4. Het gebruik van faciliteiten en middelen van het lokaal bestuur
Artikel 20
Een lokale mandataris houdt zich aan de regels die vastgelegd zijn over het gebruik van faciliteiten en middelen van het lokaal bestuur.
Wetgeving inzake terugbetaling en verantwoording kosten: Besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris, artikel 35 §1
Artikel 21
Een lokale mandataris houdt zich aan de regels die vastgesteld zijn voor het gebruik van interne voorzieningen die voor het raadswerk worden voorzien zoals opgenomen in het huishoudelijk reglement.
5. Omgaan met informatie
Artikel 22
De gemeenteraad werkt onder het principe van principiële openbaarheid. Zij ziet erop toe dat het college van burgemeester en schepenen alle relevante informatie aangaande dossiers, stukken en akten openbaar toegankelijk maakt.
Artikel 23
Een lokale mandataris communiceert eerlijk over de redenen en motieven op basis waarvan hij/zij individueel gestemd heeft. Daarnaast communiceert een lokale mandataris eerlijk over de reden en motieven op basis waarvan de raad als geheel de beslissing genomen heeft.
Artikel 24
Een lokale mandataris is gebonden aan het beroepsgeheim wanneer hij/zij door de functie van lokale mandataris kennis krijgt van geheimen die door personen aan de gemeente zijn toevertrouwd. Bekendmaking van deze geheimen is verboden, behalve wanneer de wet de openbaring oplegt of mogelijk maakt.
Artikel 25
Naast het strenge beroepsgeheim geldt eveneens een geheimhoudingsplicht voor lokale mandatarissen. Deze plicht beschermt wat besproken wordt tijdens een besloten vergadering (feiten, meningen, overwegingen…).
Wetgeving inzake beroepsgeheim: Strafwetboek, artikel 458
Wetgeving inzake geheimhoudingsplicht: decreet Lokaal Bestuur, artikel 29 §4
Wetgeving inzake openbaarheid van de vergadering: decreet Lokaal Bestuur, artikel 28
Artikel 26
Een lokale mandataris heeft een algemene discretieplicht. Hij/zij gaat op discrete en voorzichtige wijze om met de informatie die hem/haar toekomt in de uitoefening van zijn/haar functie.
Toelichting
Onder discretieplicht verstaan we de plicht om ten aanzien van derden voorzichtig om te gaan met informatie die een lokale mandataris heeft. Het gaat daarbij over bepaalde informatie niet verspreiden, maar ook over het plaatsen van bepaalde informatie in de juiste context en zich te realiseren dat informatie ook uit de context kan worden gehaald.
Wetgeving inzake vertrouwelijkheid van informatie: Wet betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, artikel 10 §2
Artikel 27
Een lokale mandataris gebruikt de informatie die hij/zij kreeg door de uitoefening van zijn/haar functie enkel voor zijn/haar raadswerk en niet voor zijn/haar persoonlijk belang of voor het persoonlijk belang van anderen.
Artikel 28
Een lokale mandataris maakt brieven niet openbaar en stuurt e-mails niet door wanneer het niet zeker is dat de afzender daarmee zou instemmen. Bij twijfel over de bedoeling van de afzender wordt de expliciete toestemming gevraagd.
6. Onderlinge omgang en afspraken over vergaderingen
Artikel 29
Raadsleden gaan respectvol om met elkaar, de leden van het college en de personeelsleden van de gemeente.
Artikel 30
Raadsleden richten zich tot elkaar, de leden van het college van burgemeester en schepenen, de algemeen directeur en de andere personeelsleden op een correcte wijze en dit zowel verbaal, non-verbaal als schriftelijk, inclusief de elektronische communicatie.
Artikel 31
Lokale mandatarissen houden zich tijdens vergaderingen van de politieke organen aan het huishoudelijk reglement en volgen de aanwijzingen van de voorzitter hierover op.
Artikel 32
Lokale mandatarissen onthouden zich in het openbaar, dus ook in openbare raads- en commissievergaderingen, van negatieve uitlatingen over individuele personeelsleden.
7. Naleving en handhaving van de deontologische code
Artikel 33
De gemeenteraad stelt regels op over het omgaan met de deontologische code en mogelijke schendingen ervan.
Artikel 34
De gemeenteraad ziet erop toe dat de fracties en de individuele lokale mandatarissen volgens de deontologische code handelen.
Er zijn verschillende fasen te onderscheiden die spelen bij het toezien op de naleving van de deontologische code, namelijk:
7.1. Het voorkomen van mogelijke schendingen
Artikel 35
Wanneer een lokale mandataris twijfelt of een handeling die hij/zij wil verrichten een overtreding van de code zou kunnen zijn, wint het lid hierover advies in bij de algemeen directeur of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen.
Artikel 36
Wanneer een lokale mandataris twijfelt over een nog niet uitgevoerde handeling van een andere lokale mandataris, dan waarschuwt hij/zij die persoon. De lokale mandataris verwoordt de twijfels en verwijst de betrokkene zo nodig door naar de algemeen directeur of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen.
7.2. Het signaleren van vermoedens van schendingen
Artikel 37
Wanneer een lokale mandataris vermoedt dat een regel van de deontologische code is overtreden door een andere lokale mandataris, dan kan hij/zij hiervan melding van maken bij de algemeen directeur of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen.
Indien het vermoeden van een schending blijft bestaan, meldt de lokale mandataris dit aan de voorzitter van de gemeenteraad, die dan meteen doorverwijst naar de daartoe aangewezen persoon of instantie om een vooronderzoek te doen.
7.3. Het onderzoeken van vermoedens van schendingen
Artikel 38
Wanneer er na vooronderzoek door de aangewezen instantie een concreet vermoeden bestaat dat een lokale mandataris een regel van de deontologische code heeft overtreden, kan opdracht gegeven worden tot het verrichten van een uitgebreid onderzoek hiernaar.
7.4. Het zich uitspreken over schendingen
Artikel 39
Wanneer vaststaat dat er sprake is van overtreding van een regel van de deontologische code, kan dit leiden tot een uitspraak van de gemeenteraad over de betreffende mandataris die de schending heeft begaan.
8. Evalueren van de deontologische code
Artikel 40
Minimaal één keer per bestuursperiode evalueren de fractievoorzitters tijdens het fractievoorzittersoverleg deze deontologische code. Ze bekijken of de code nog actueel is, nog goed werkt en of ze nageleefd wordt. Het fractievoorzittersoverleg brengt hierover verslag uit aan de gemeenteraad.
9. Enkele algemene bepalingen
Artikel 41
De lokale mandatarissen zullen voor de omschrijving van hun dienstverlenende activiteiten geen termen gebruiken die verwarring kunnen scheppen met officiële, door de overheden ingestelde instanties belast met het verstrekken van informatie of met de behandeling van klachten. Het gebruik van de termen ‘ombuds’, ‘klachtendienst’ en andere afleidingen of samenstellingen is verboden.
Artikel 42
De lokale mandatarissen maken in hun verkiezingscampagnes en -mailings die gericht zijn op individuen geen melding van de diensten die zij eventueel voor de betrokkenen hebben verricht. In geen geval mogen zij de indruk wekken dat zij om steun vragen in ruil voor bewezen diensten.
Artikel 43
Bij hun optreden op en buiten het lokale bestuursniveau en in hun contacten met individuen, groepen, instellingen en bedrijven, geven de lokale mandatarissen principieel voorrang aan het algemeen boven het particulier belang.
Artikel 44
Elke vorm van rechtstreekse dienstverlening, informatiebemiddeling, doorverwijzing of begeleiding gebeurt zonder enige materiële of geldelijke tegenprestatie van welke aard of omvang ook en mag geen vorm van cliëntenwerving inhouden.
Artikel 45
De lokale mandatarissen staan op dezelfde gewetensvolle manier ten dienste van alle burgers zonder onderscheid van geslacht, huidskleur, afstamming, sociale stand, nationaliteit, filosofische en/of religieuze overtuiging, ideologische voorkeur of persoonlijke gevoelens.
10. Informatiebemiddeling
Artikel 46
Het behoort tot de wezenlijke taken van de lokale mandataris informatie te ontvangen en te verstrekken, in het bijzonder over de diensten die instaan voor informatieverstrekking en over de manier waarop de burger zelf informatie kan opvragen in het kader van de openbaarheid van bestuur.
Artikel 47
De lokale mandatarissen stellen informatie ter beschikking van de burger met betrekking tot de werking van de ombudsdiensten en van de diensten die instaan voor de behandeling van klachten over het optreden of het niet-optreden van de overheid.
Artikel 48
Informatie waarop de vraagsteller geen recht heeft, die de goede werking van de administratie kan doorkruisen of die de privacy van anderen in het gedrang kan brengen, mogen door de lokale mandatarissen niet worden doorgegeven.
Artikel 49
De lokale mandatarissen verwijzen de vragensteller, waar mogelijk, naar de bevoegde administratieve dienst(en). Waar het gaat om de behandeling van klachten en/of conflicten, worden de belanghebbenden in eerste instantie doorverwezen naar de bevoegde klachten- of ombudsdienst.
11. Administratieve begeleiding en ondersteuning
Artikel 50
De lokale mandatarissen kunnen de burgers ondersteunen en begeleiden in hun relatie met de administratie of met de betrokken instanties. Zij kunnen de burgers helpen om, via de daartoe geëigende kanalen en procedures, een aanvraag te richten tot de overheid, informatie te verkrijgen over de stand van zaken in een dossier, daarover nadere uitleg en toelichting te vragen en vragen te stellen over de administratieve behandeling van dossiers.
Artikel 51
Bij de administratieve begeleiding en ondersteuning van de burgers respecteren de lokale mandatarissen de onafhankelijkheid van de diensten en van de personeelsleden, de objectiviteit van de procedures en de termijnen die als redelijk moeten worden beschouwd voor de afhandeling van soortgelijke dossiers.
Artikel 52
De briefwisseling met de overheid, gevoerd in het kader van de administratieve begeleiding en ondersteuning, wordt uitsluitend op naam van de burger gesteld. Er wordt op geen enkele wijze melding gemaakt van de begeleidende en ondersteunende rol van de lokale mandataris.
12. Bespoedigings- en begunstigingstussenkomsten
12.1. Bespoedigingstussenkomsten
Artikel 53
Bespoedigingstussenkomsten zijn tussenkomsten waarbij lokale mandatarissen een administratieve procedure proberen te bespoedigen in gevallen of in dossiers die zonder die tussenkomst een regelmatige afloop of resultaat zouden krijgen, maar dan na verloop van een langere verwerkings- of behandelingstermijn.
Dergelijke tussenkomsten, die een ongelijke behandeling van de betrokken burgers inhouden, zijn verboden.
12.2. Begunstigingstussenkomsten
Artikel 54
Begunstigingstussenkomsten zijn tussenkomsten waarbij de lokale mandataris zijn voorspraak aanwendt om de afloop of het resultaat van een zaak of van een dossier te beïnvloeden in de door de belanghebbende burger gewenste zin. Dergelijke tussenkomsten zijn verboden.
Artikel 55
Tussenkomsten bij selectievoerende instanties, die tot doel hebben het verhogen van kansen op benoeming, aanstelling en bevordering in de administratie, zijn verboden.
Lokale mandatarissen die om steun gevraagd worden door of voor kandidaten die een functie, aanstelling of bevordering ambiëren, delen betrokkene mee dat de aanstelling, de benoeming of de bevordering gebeurt op basis van de geldende normen en procedures. Zij verwijzen de belanghebbende naar de bevoegde dienst of instantie.
Artikel 56
Lokale mandatarissen mogen occasioneel en op eigen initiatief personen aanbevelen bij werkgevers in de particuliere sector. Ze mogen geen enkele tegenprestatie, van welke aard ook, beloven of leveren aan de betrokken werkgevers.
Artikel 57
De algemeen directeur neemt de nodige maatregelen opdat de dossierbehandelende personeelsleden alle tussenkomsten opnemen in het desbetreffende administratieve dossier, wat ook de aard van de tussenkomst of de hoedanigheid van de tussenkomende persoon is.
Artikel 58
Louter informatieve vragen van algemene of technische aard worden niet beschouwd als tussenkomsten die in het administratief dossier dienen te worden opgenomen.
Artikel 2.
De bestaande deontologische code vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 24 mei 2007 wordt opgeheven.
Artikel 3.
Een afschrift van deze beslissing zal aan de dienst Secretariaat en de toezichthoudende overheid overgemaakt worden.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017.
Gelet op artikel 135, §2 van de nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988, waarbij de gemeenten tot taak hebben het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen, en latere wijzigingen.
Gelet op het koninklijk besluit van 22 mei 2019 betreffende de noodplanning en het
beheer van noodsituaties op het gemeentelijk en provinciaal niveau en betreffende de rol van de burgemeesters en de provinciegouverneurs in geval van crisisgebeurtenissen en -situaties die een coördinatie of een beheer op nationaal niveau vereisen, waarbij artikel 41 de intergemeentelijke samenwerking regelt.
Gelet op zijn beslissing van 22 november 2018 waarbij de samenwerkingsovereenkomst voor de Intergemeentelijke
Noodplanningscoördinator tussen de gemeenten Ranst, Schilde, Schoten en Zandhoven, waarbij een intergemeentelijke noodplanningscoördinator werd aangesteld via de gemeente Schoten, werd goedgekeurd.
Gelet op zijn beslissing van 24 maart 2022 waarbij het addendum aan voormelde samenwerkingsovereenkomst werd goedgekeurd n.a.v. de uitbreiding met de gemeente Wommelgem.
Overwegende dat de gemeente Schoten, als penhoudende gemeente voor dit
gemeentegrensoverschrijdende project, wegens een aantal aspecten geconfronteerd wordt met financiële uitgaven die merkelijk hoger liggen dan de geschatte uitgaven, waarop de overeenkomst initieel gebaseerd werd.
Overwegende dat het om voormelde reden aangewezen is om een verhoging van de bijdragen aan de deelnemende gemeenten voor te stellen.
Overwegende dat het noodzakelijk is om een addendum (deel 2) aan de goedgekeurde samenwerkingsovereenkomst goed te keuren.
Gelet op het ontwerp van addendum (deel 2) dat voorligt;- dat op deze manier de bestaande kwaliteit van dienstverlening gegarandeerd blijft tussen de huidige 5 gemeenten.
Overwegende dat het noodzakelijk is om afgevaardigden aan te duiden die gemachtigd zijn om dit addendum (deel 2) te ondertekenen namens de gemeente.
Artikel 1.
Zijn goedkeuring te verlenen aan het addendum (deel 2) bij de bestaande samenwerkingsovereenkomst en addendum intergemeentelijke noodplancoördinator:
Addendum samenwerkingsovereenkomst |
Partners
Deze samenwerkingsovereenkomst geldt voor de volgende gemeentebesturen:
Missie – doelstelling – takenpakket
De missie, de doelstelling en het takkenpakket blijven ongewijzigd.
Duur
Deze overeenkomst gaat in zodra de gemeenteraden van de respectievelijke gemeenten zich hiermee akkoord verklaard hebben en geldt in principe voor onbepaalde duur tenzij ze ontbonden wordt.
Kostenregeling – oorspronkelijke basis
De participerende gemeentebesturen kwamen overeen om de kost van een intergemeentelijke noodplanambtenaar te delen overeenkomstig de bestaande verdeelsleutel die afgesloten werd tot en met 2024.
De verdeelsleutel ging uit van het KISS-principe (Keep it stupid simple) waarbij iedere gemeente gelijkwaardig bijdraagt aan de intergemeentelijke samenwerking waarbij Schoten als aanstellende overheid als trekker van het verhaal fungeert.
Er werd een oorspronkelijke verdeelsleutel op basis van een tijdsbesteding gehanteerd om de kosten te verdelen. Dit houdt het volgende in: 2/5 voor Schoten en 1/5 voor de andere gemeenten.
Zandhoven die de loonkost en de werkingskost draagt van 0.2 VTE deskundige noodplanning op B-niveau wordt gecompenseerd met 76% van de bijdrage omdat de loonkost van een B-niveau met 8 jaar anciënniteit 76% bedraagt van de loonkost van een A-niveau met 8 jaar anciënniteit.
Oorspronkelijk betekende dat:
Kostenregeling – actuele aanpassing
Gelet op de volgende aspecten wordt Schoten, als penhoudende gemeente voor dit gemeentegrensoverschrijdende project, geconfronteerd met financiële uitgaven die merkelijk hoger liggen dan de geschatte uitgaven, waarop de overeenkomst initieel gebaseerd werd:
Berekeningen wijzen uit dat Schoten de voorgaande jaren een bedrag van ongeveer € 31.000 investeerde, bovenop de kostprijs voor de eigen werking van de Intergemeentelijke Noodplanningscoördinator, om de functievervuller op een degelijke en efficiënte manier zijn opdracht te laten verrichten.
Om de exponentiële uitgaven voor elke partner enigszins draaglijk te maken, is voor de gemeenten Schilde, Ranst en Wommelgem voor 2022 een bijkomende bijdrage van € 4.849 nodig.
Voor de gemeente Zandhoven betekent dit een bijkomende bijdrage van € 1.212.
Voor de gemeente Schoten betekent dit een bijkomende bijdrage van € 9.698.
Deze bedragen zijn gebaseerd op het verschil tussen de som van de vergoedingen ter waarde van € 85.000/jaar en de reële kostprijs van € 110.000/jaar.
Dit verschil betekent een verhoging van 30%.
Concreet betekent dat:
De gemeente Schoten factureert voor 2022 € 21.014 aan Ranst, Schilde en Wommelgem en € 5.252 aan Zandhoven. De gemeente Schoten staat in voor de loonkost en de werkingskost van de coördinator noodplanning op A-Niveau in voltijds verband en de gemeente Zandhoven voor de deeltijdse loonkost en de werkingskost van de deskundige noodplanning op B-niveau.
Voor de komende jaren, 2023 en 2024, zal het bijdragebedrag evalueren op basis van de toekomstige en actuele indexaanpassingen.
Artikel 2.
Mevrouw Paula Henderickx en mevrouw Annick Smeets, respectievelijk voorzitter van de gemeenteraad en algemeen directeur, worden gemachtigd om het addendum (deel 2) namens de gemeente Zandhoven te ondertekenen.
Artikel 3.
Het voorliggend addendum (deel 2) wordt toegevoegd aan de samenwerkingsovereenkomst “intergemeentelijke noodplancoördinatie” en addendum zoals goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 22 november 2018 en 24 maart 2022.
Artikel 4.
Afschrift van deze beslissing zal bezorgd worden aan de gemeenten Schoten, Ranst, Schilde en Wommelgem, de dienst Secretariaat en de financieel directeur.
De gemeenteraad,
Gelet op de nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988 en in het bijzonder op artikel 135/2.
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en in het bijzonder op artikel 56, 392 en volgende.
Gelet op het koninklijk besluit van 22 mei 2019 en in het bijzonder op artikelen 5, 8, 10 en 41.
Gelet op de ministeriële omzendbrief van 25 juli 2017 - DGH/2017/D2/ psychosociaal interventieplan (PSIP) en in het bijzonder 4.1.
Gelet op zijn beslissing van 22 november 2018 waarbij de samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeenten Schilde, Ranst, Schoten en Zandhoven voor de aanstelling van een intergemeentelijke noodplancoördinator werd goedgekeurd.
Gelet op de interesse destijds van de vier gemeenten tot intergemeentelijke samenwerking met betrekking tot psychosociale hulpverlening (PSH) in het kader van de noodplanning;- dat het organiseren van een psychosociaal hulpverleningsnetwerk deel uitmaakt van de taak van een lokaal bestuur bij de noodplanning;- dat dit netwerk bestaat uit medewerkers van het lokaal bestuur die zich engageren om in geval van een noodsituatie het onthaal, registratie en logistieke ondersteuning op te nemen in het gemeentelijke opvangcentrum voor niet-gewonden.
Gelet op zijn beslissing van 23 april 2020 waarbij de ‘engagementsverklaring Psychosociaal Hulpverleningsnetwerk’ werd goedgekeurd.
Gelet op zijn beslissing van 24 maart 2022 waarbij het addendum aan de samenwerkingsovereenkomst ‘intergemeentelijk noodplancoördinator’ werd goedgekeurd naar aanleiding van de uitbreiding met de gemeente Wommelgem.
Overwegende dat de gemeente Wommelgem ook graag wenst aan te sluiten bij de intergemeentelijke samenwerking Schilde, Ranst, Schoten en Zandhoven met betrekking tot de psychosociale hulpverlening (PSH).
Overwegende dat het noodzakelijk is om een addendum aan de goedgekeurde engagementsverklaring psychosociaal hulpverleningsnetwerk toe te voegen.
Gelet op het ontwerp van addendum dat voorligt.
Overwegende dat met de inhoud van dit addendum akkoord kan gegaan worden.
Overwegende dat de gemeente Zandhoven bij het afsluiten van de engagementsverklaring moet vertegenwoordigd worden;- dat het derhalve noodzakelijk is twee personen aan te stellen die bij de ondertekening van bedoelde overeenkomst de gemeente Zandhoven zullen vertegenwoordigen en gerechtigd zullen zijn deze overeenkomst rechtsgeldig te ondertekenen.
Artikel 1.
Zijn goedkeuring te verlenen aan het addendum bij de bestaande psychosociale hulpverlening (PSH):
Addendum Engagementverklaring Psychosociaal Hulpverleningsnet |
1. INLEIDING PSH-CLUSTER
Er wordt één cluster opgericht binnen het PsychoSociaal Hulpverleningsnetwerk (PSH). De cluster wordt uitgebreid met Wommelgem en omvat bijgevolg de gemeenten Ranst, Schilde, Schoten, Wommelgem en Zandhoven. Dit document beschrijft de modaliteiten van samenwerking tussen deze vijf gemeenten. Het wettelijk kader ligt vast in het KB van 22 mei 2019 betreffende de lokale noodplanning en de omzendbrief PSIP (psychosociaal interventieplan) van 25 juli 2017.
2. WERKINGSPRINCIPES PSH
De werkingsprincipes uit de engagementsverklaring blijven behouden en worden uitgebreid met Wommelgem.
3. OPERATIONELE ENGAGEMENTENVERKLARING
De operationele engagementsverklaring blijft behouden en wordt uitgebreid met Wommelgem.
4. ERECODE PSH-MEDEWERKING
De erecode voor de PSH-medewerkers blijft behouden.
5. SANCTIONERING
De modaliteiten rond sanctionering blijven behouden.
Artikel 2.
Mevrouw Paula Henderickx en mevrouw Annick Smeets, respectievelijk voorzitter van de gemeenteraad en algemeen directeur, worden gemachtigd dit addendum namens de gemeente Zandhoven te ondertekenen.
Artikel 3.
Het voorliggend addendum wordt toegevoegd aan de engagementsverklaring psychosociaal hulpverleningsnetwerk zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 23 april 2020.
Artikel 4.
Een afschrift van deze beslissing zal aan Jo De Decker, Intergemeentelijk noodplanningscoördinator, de dienst Welzijn en de gemeenten Schoten, Schilde, Ranst en Wommelgem overhandigd worden.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 135/2 van de nieuwe gemeentewet en latere wijzigingen.
Gelet op artikel 2 ter van de wet van 28 maart 2003 tot wijziging van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming.
Gelet op artikel 9/4 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid;- dat hierin wordt bepaald dat in elke gemeente de burgemeester een algemeen nood- en interventieplan opstelt dat de algemene richtlijnen en de noodzakelijke informatie bevat om het beheer van de noodsituatie te verzorgen, hierin inbegrepen de te treffen maatregelen en de organisatie van de hulpverlening;- dat het nood- en interventieplan, na goedkeuring door de gemeenteraad, ter goedkeuring moet voorgelegd worden aan de gouverneur.
Gelet op het koninklijk besluit van 22 mei 2019 betreffende de noodplanning en het beheer van noodsituaties op het gemeentelijk en provinciaal niveau en betreffende de rol van de burgemeesters en de provinciegouverneurs in geval van crisisgebeurtenissen en -situaties die een coördinatie of een beheer op nationaal niveau vereisen.
Gelet op het koninklijk besluit van 22 mei 2019 in het bijzonder artikel 3 §1, dat bepaalt dat de bevoegde overheden verantwoordelijk zijn voor de noodplanning op hun respectievelijk grondgebied;- dat § 2 specificeert dat de noodplanning zoals bedoeld in § 1 onder andere de volgende taken omvat:
Overwegende dat een algemeen nood- en interventieplan (ANIP) de algemene richtlijnen en de informatie bevat die nodig zijn om het beheer van om het even welke noodsituatie te garanderen en de organisatie van de beleidscoördinatie en de hoofdbeginselen van de multidisciplinaire interventie vastlegt.
Overwegende dat het gemeentelijk ANIP kan ingezet worden voor een brede waaier aan noodsituaties;- dat voor sommige risico’s het echter nodig is specifieke ongevallenscenario’s op te stellen onder vorm van een (multidisciplinair) bijzonder nood- en interventieplan (BNIP), bijvoorbeeld voor terugkerende
massamanifestaties.
Overwegende dat de nood- en interventieplannen worden bijgehouden op de beperkt toegankelijke veiligheidswebsite ICMS (onder beheer van het nationaal crisiscentrum of NCCN);- dat om alle nood- en interventieplannen van alle gemeenten en provincies van België gemakkelijker te raadplegen en te vergelijken, er door het NCCN ook een canvas werd ontwikkeld voor de structuur van alle ANIP's;- dat alvorens dit canvas (met bijhorende fiches) te bezorgen aan alle gemeenten van de provincie Antwerpen, de dienst noodplanning van de federale diensten van de gouverneur van de provincie Antwerpen een aantal fiches van dit canvas reeds heeft opgemaakt, zodat de tekst identiek is voor alle gemeenten in de provincie Antwerpen.
Overwegende dat ook een inventarisatie en analyse is gemaakt van de risico's op het eigen grondgebied als onderdeel van het algemeen nood- en interventieplan;- dat er zo bepaald moet worden op welke plaatsen (= risico-objecten, bijvoorbeeld hotels, Sevesobedrijven, onderwijsinstellingen, ..) bepaalde risicohoudende gebeurtenissen of ongevalscenario's (= risicotypes, bijvoorbeeld ziektegolf, extreme weersomstandigheid, terrorisme of brand in gebouw) kunnen voorvallen.
Gelet op het ontwerp van algemeen nood- en interventieplan dat voorligt.
Overwegende dat akkoord gegaan kan worden met de inhoud van het gemeentelijk ANIP Zandhoven.
Overwegende dat het voorgelegde ANIP voldoet aan de vereisten van de minimale inhoud zoals opgenomen in het Koninklijk Besluit.
Gelet op de goedkeuring van het ANIP Zandhoven door de gemeentelijke veiligheidscel op 28 november 2022.
Gelet op de goedkeuring van het ANIP Zandhoven door het college van burgemeester en schepenen op 19 december 2022.
Gelet dat het ANIP ter kennisname voorgelegd moet worden aan de gemeenteraad.
Bij de bespreking van dit agendapunt, hoort de gemeenteraad een tussenkomst van dhr. Vanslambrouck J., die het volgende verklaart: "Het plan voorziet in een jaarlijkse evaluatie. Wij zouden graag als gemeenteraadsleden geïnformeerd worden over de resultaten van deze evaluatie."
Nadat de burgemeester geantwoord heeft op de gestelde vragen, gaat de gemeenteraad over tot de bespreking van het volgend punt van de dagorde.
Artikel 1.
Het algemeen Nood- en interventieplan (ANIP) van de gemeente Zandhoven wordt goedgekeurd.
Artikel 2.
Een afschrift van deze beslissing zal bezorgd worden aan de toezichthoudende overheid en aan de gemeentelijke veiligheidscel.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017.
Gelet op de nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988 in het bijzonder artikel 135, §2;- dat de gemeenten tot taak hebben om te voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
Gelet op het koninklijk besluit van 16 februari 2006 betreffende de nood- en interventieplannen;- dat voor het gemeentelijk niveau de burgemeester de bevoegde instantie is voor noodplanning samen met de ambtenaar verantwoordelijk voor de noodplanning.
Overwegende dat wanneer zich een noodsituatie voordoet in onze gemeente een efficiënte, correcte en transparante communicatie naar alle doelgroepen essentieel is;- dat zowel de inwoners, de pers, de betrokkenen, andere disciplines … correct en snel geïnformeerd moeten worden;- dat daarvoor mankracht nodig is en mensen die eveneens opgeleid zijn voor crisiscommunicatie.
Overwegende dat er tussen de gemeenten Ranst en Zandhoven al informeel en occasioneel wordt samengewerkt door de verantwoordelijken D5 van de gemeenten.
Gelet op het voorstel om deze samenwerking formeel te maken in een samenwerkingsovereenkomst en uit te breiden met de gemeente Wommelgem, die sinds april 2022 ook deel uitmaakt van de samenwerkingsovereenkomst intergemeentelijke noodplancoördinator;- dat de andere deelnemende gemeenten in de samenwerkingsovereenkomst hun eigen D5-werking hebben.
Overwegende dat een samenwerking tussen de gemeenten Ranst, Wommelgem en
Zandhoven in dit kader een meerwaarde is;- dat men tijdens een noodsituatie beroep mag doen op de communicatiemedewerkers van de drie gemeenten.
Gelet op het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst ‘Communicatie Discipline 5 tijdens een noodsituatie’, dat voorligt.
Overwegende dat met de inhoud van deze overeenkomst akkoord gegaan kan worden.
Overwegende dat gemeente Zandhoven bij het afsluiten van de overeenkomst vertegenwoordigd moet zijn;- dat het derhalve noodzakelijk is twee personen aan te stellen die bij de ondertekening van bedoelde overeenkomst de gemeente Zandhoven zullen vertegenwoordigen en gerechtigd zijn deze overeenkomst rechtsgeldig te ondertekenen.
Artikel 1.
Zijn goedkeuring te geven aan de volgende samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeenten Ranst, Wommelgem en Zandhoven:
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST COMMUNICATIE (DISCIPLINE 5) TIJDENS EEN NOODSITUATIE |
TUSSEN
De gemeente Ranst, Gustaaf Peetersstraat 7, 2520 Ranst, vertegenwoordigd door Johan De Ryck, burgemeester en Wim Van der Schoot, algemeen directeur, handelend in uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en schepenen van (datum).
EN
De gemeente Wommelgem, Kaakstraat 2, 2160 Wommelgem, vertegenwoordigd door Frank Gys, burgemeester en Marijke Deroover, algemeen directeur, handelend in uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en schepenen van (datum).
EN
De gemeente Zandhoven, Liersebaan 12, 2240 Zandhoven, vertegenwoordigd door mevrouw Paula Henderickx, voorzitter gemeenteraad en Annick Smeets, algemeen directeur, handelend in uitvoering van het besluit van de gemeenteraad.
WORDT UITEENGEZET WAT VOLGT:
De gemeente moet zich voorbereiden op potentiële noodsituaties (KB van 22 mei 2019) en een communicatieverantwoordelijke aanduiden in een noodsituatie, algemeen bekend als discipline 5 binnen het Algemeen Nood- en Interventieplan.
De burgemeester is verantwoordelijk inzake de communicatie in een noodsituatie.
Het onvoorziene karakter van noodplanning waarbij de communicatieverantwoordelijke bereikbaar moet zijn.
De gemeenten Ranst, Wommelgem en Zandhoven willen samenwerken rond noodplanning en meer in het bijzonder door het leveren van bijstand aan elkaar inzake communicatie tijdens een noodsituatie.
De huidige bezetting op de communicatiediensten in de gemeenten Ranst, Wommelgem en Zandhoven is te beperkt om de talrijke taken binnen discipline 5 (communicatie) naar behoren te kunnen invullen. De gemeenten willen bijgevolg een beroep doen op elkaars kennis en expertise bij een incident van de andere gemeenten waarmee wordt samengewerkt. Afhankelijk van de aard en de ernst van een incident zal een piramidesysteem in werking treden waarmee - via een beurtensysteem - meer of minder communicatieverantwoordelijken van de omliggende gemeenten opgeroepen worden. Op die manier voorzien we voldoende mogelijkheden tot bijstand, maar bewaken we ook dat een communicatieverantwoordelijke niet bij ieder incident in een andere gemeente opgeroepen wordt.
De burgerrechtelijke aansprakelijkheid tijdens de dienst hangt af van wie op dat ogenblik werkgeversgezag over het personeelslid uitoefent (in geval van een incident is dit de burgemeester van de gemeente waar het incident plaatsvindt).
Het optreden van een vervangende/aanvullende communicatieverantwoordelijke kan de aansprakelijkheid in het gedrang brengen en de betrokkene is dan ook te beschouwen als een verzekerde binnen het bestuur waar een incident plaatsvindt en kan genieten van de daar geldende poliswaarborgen.
De verzekering arbeidsongevallen blijft van toepassing op personeelsleden, ook als die in het kader van de noodplanning worden opgeroepen door de andere gemeente.
WORDT OVEREENGEKOMEN:
Art 1. De communicatieverantwoordelijken kunnen op vraag bijstand leveren aan elkaar of elkaar vervangen bij afwezigheid in het werkveld van discipline 5 tijdens een incident.
Art 2. De communicatieverantwoordelijken kunnen elkaar bijstand verlenen tijdens de organisatie en uitvoering van rampoefeningen. Zij engageren zich om minstens voor discipline 5 beurtelings oefeningen in te richten.
Art 3. De communicatieverantwoordelijke die opgeroepen wordt in een gemeente waar een incident plaatsvindt, valt onder het gezag van de desbetreffende burgemeester. Hieruit volgt dat deze ambtenaar voor de duur van de opdracht voor de gemeente met een incident, onder de verzekeringspolis burgerrechtelijke aansprakelijkheid van het gemeentepersoneel van deze gemeente valt.
Art.4. De gepresteerde uren van een communicatieverantwoordelijke die opgeroepen wordt in de gemeente waar het incident plaatsvindt, worden niet doorgerekend aan die gemeente. Ieder gemeentebestuur blijft zelf verantwoordelijk voor de prestaties van haar personeelsleden.
Art. 5. De gemeenten Ranst, Wommelgem en Zandhoven zorgen ervoor dat de communicatieverantwoordelijken toegang hebben tot de crisisruimte en kunnen beschikken over alle nodige informatie, materiaal en werkruimte, noodzakelijk voor de noodplanning.
Art. 6. Van de communicatieverantwoordelijken wordt discretie geëist. Wachtwoorden en vertrouwelijke informatie waarover ze kunnen beschikken bij het uitoefenen van hun opdracht moeten strikt vertrouwelijk blijven. De communicatieverantwoordelijken maken hierover onderling praktische afspraken.
Art. 7. De communicatieverantwoordelijken brengen elkaar op de hoogte van hun verlof, langdurige ziekte of langdurige afwezigheid.
Art 8. Jaarlijks wordt deze samenwerkingsovereenkomst geëvalueerd door de betrokkenen van alle gemeenten.
Art. 9. Deze overeenkomst kan door één van de partijen worden opgezegd, mits in achtneming van een opzegtermijn van minimaal 6 maanden of in onderling overleg.
Art. 10. Een afschrift van deze overeenkomst wordt bezorgd aan de ambtenaar noodplanning en dienst noodplanning van de provincie Antwerpen.
Artikel 2.
Mevrouw Paula Henderickx en mevrouw Annick Smeets, respectievelijk voorzitter van de gemeenteraad en algemeen directeur worden gemachtigd deze samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen namens de gemeente Zandhoven.
Artikel 3.
Een afschrift van deze beslissing zal aan de dienst Secretariaat, de dienst Communicatie, gemeenten Wommelgem en Ranst en de ambtenaar noodplanning bezorgd worden.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 in het bijzonder artikel 41, tweede lid, 10°.
Gelet op de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016 in het bijzonder artikelen 2, 6°, 43, § 1, tweede lid en 47.
Gelet op zijn beslissing van 17 juni 2021 betreffende de goedkeuring van het principe om toe te treden tot het BUYIT PUBLIC platform van V-ICT-OR.
Overwegende dat het perceel licenties van het BUYIT PUBLIC platform werd toegekend aan gemeente Aalter via de raamovereenkomst “Project LB365’.
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van gemeente Aalter van 21 december 2020 betreffende de goedkeuring van de selectievereisten, de raming en de plaatsingsprocedure van de opdracht Project LB365 (vervolgtraject 'Generieke componenten voor Vlaamse gemeenten').
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van Aalter van 15 februari 2021 betreffende de goedkeuring van de kwalitatieve selectie voor deze opdracht (bestek met nr. 281.03-20d0215).
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van Aalter van 8 maart 2021 om perceel 8 (softwarelicenties en beheer) te gunnen aan RealDolmen NV (A. Vaucampslaan 42 - 1654 Huizingen) voor een looptijd van drie jaar.
Overwegende dat het lokaal bestuur Zandhoven nood heeft aan de softwarelicenties van perceel 8 om gebruik te kunnen blijven maken van de Office365 toepassingen.
Overwegende dat de gemeente van de mogelijkheid tot afname van de raamovereenkomst kan gebruik maken waardoor zij krachtens artikel 47, § 2 van de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016 vrijgesteld is van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren.
Overwegende dat het aangewezen is dat de gemeente gebruik maakt van de opdrachtencentrale om volgende redenen:
Bij de bespreking van dit agendapunt, hoort de gemeenteraad tussenkomsten van dhrn. Stulens P. en Belmans W..
Nadat schepen Lauwereys J. geantwoord heeft op de gestelde vragen, gaat de gemeenteraad over tot de bespreking van het volgend punt van de dagorde.
Artikel 1.
De gemeente keurt het principe goed om beroep te kunnen doen op perceel 8, softwarelicenties en beheer, van raamcontract ‘Project LB365’ van de gemeente Aalter.
Artikel 2.
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van de beslissing.
Artikel 3.
Een afschrift van deze beslissing zal aan de dienst ICT, V-ICT-OR en gemeente Aalter worden bezorgd.
Dit punt werd op de dagorde geplaatst door de Groen fractie en dhr. Belmans W. licht toe als volgt:
Sociale woningbouw.
Deze gemeente voldoet niet aan haar sociale plichten.
En toch maakt zij geen gebruik van de kansen die geboden worden. Ik lees in de pers dat onze buurgemeente Ranst in woonuitbreidingsgebied geen andere woningbouw meer toestaat dan sociale woningbouw. Dat is een gemeente waarmee wij veel samenwerken (zie dagordepunten 3,4,5). Maar wij voeren een totaal ander beleid.
In Viersel werd nog woonuitbreidingsgebied privaat verkaveld. In Pulle wordt heel de tijd geprobeerd woonuitbreidingsgebied privaat te laten verkavelen, ook door ons college.
Een eerste keer was door ons college de vergunning afgeleverd, maar stak de hogere milieu-overheid stokken in de wielen. De tweede keer maakte de projectontwikkelaar een fout om onvoldoende rekening te houden met een bestaand recht van doorgang. Maar daarmee is nu wel rekening gehouden in de derde aanvraag. Dus vrees ik dat ons college ditmaal weer geen bezwaar zal hebben tegen het project. Daarin worden weer 7 ‘sociale koopwoningen’ voorzien, maar wel gebouwd en verkocht door de projectontwikkelaar. Dat wil alleen maar zeggen: iets kleinere woningen. Maar dat gaat ons Sociaal Objectief niet vooruithelpen.
Nochtans:
• Wij hebben nog een groot probleem om ons Bindend Sociaal Objectief te halen. Gronden in woonuitbreidingsgebied zijn prioritair bestemd voor sociale woningbouw. Dat was zo voorzien bij het tot stand komen van de gewestplannen, in de jaren 60 en 70, toen socialistische en sociaal-christelijke partijen waarin de sociale bewegingen een vinger in de pap hadden, het beleid voerden. Maar op het nogal liberaal-christelijke platteland, en vooral in het neoliberale landschap van de voorbije decennia zijn alle mogelijke juridische spitsvondigheden gebruikt om toch maar de private eigenaars, verkavelaars en projectontwikkelaars te behagen. Want financiële procentjes voor eigenaars en verkavelaars zijn zoveel belangrijker dan het woonrecht van de financieel zwakkeren. Ook het beleid van de huidige Vlaamse minister van Wonen is meer gericht op het uitzetten van bewoners uit sociale huurwoningen, dan op het bouwen van meer woningen voor de zwaksten.
• Voor de aangevraagde verkaveling Fonteinstraat/Fatimalaan: Wat gaan jullie doen met het aspect verharding? Tot nu toe zijn dit onverharde gronden. Regenval vloeit niet af, maar trekt ter plaatse in de bodem. In een bodem die door PIDPA drooggezogen wordt. Als dat nu verkaveld en bebouwd wordt, dan is er een belangrijk deel verharding. Het water dat valt op de wegen, kan nog in de bodem dringen via de voorziene wadi’s. Het water dat op de woningen valt, zal opgevangen worden in regenwaterputten, en hergebruikt worden. Dat is positief, maar het globale resultaat t.o.v. het onbebouwde terrein is negatief. Want dit gebruikte regenwater zal daarna via de riolering afgevoerd worden, en kan dus niet in de extreem droge bodem infiltreren. Willen we verdroging tegengaan, dan mag dit gebied niet bebouwd worden!
• Privaat verkavelen is dus onaanvaardbaar als we naar verharding en naar BSO (bindend sociaal objectief) kijken.
• De grote nood aan sociale huurwoningen kan eventueel afgewogen worden tegenover het probleem van verharding en verdroging. Alleen op die wijze zou bebouwing misschien kunnen verantwoord worden. Hopende dat jullie hiermee willen rekening houden, wanneer jullie weldra zullen moeten beslissen over deze aanvraag.
Schepen Van Staeyen S. antwoordt dat de inhoud/antwoorden in het plan van aanpak dezelfde zijn dan voordien, maar enkel uitgebreider gedocumenteerd. De ambitie is nog steeds om het plan te realiseren, maar er zijn ook een aantal projecten die waarschijnlijk niet meer zullen doorgaan door de wijzigingen in het landschap van de woonmaatschappijen; zij zijn volop bezig met de administratieve afhandeling hiervan waardoor vele projecten zijn stilgevallen.
Dhr. Belmans W. antwoordt dat het hem niet realistisch lijkt om dit tegen 2025 te behalen en vraagt hij of wij, net zoals Ranst, nieuw woonuitbreidingsgebied enkel laten aansnijden op voorwaarde dat het om sociale woningbouw gaat.
Volgens schepen Van Staeyen S. maakt de nu voorgestelde verkaveling sowieso weinig kans om de toets van de nieuwe Zandhovense bouwcode die in september vorig jaar werd goedgekeurd door de gemeenteraad te doorstaan en is die vraag niet echt aan de orde. Dhr. Belmans vindt het raar dat er dan toch een openbaar onderzoek gebeurt, als de aanvraag niet voldoet aan de gemeentelijke bouwcode. "Dat zijn wij wettelijk verplicht als er een omgevingsvergunning wordt aangevraagd", legt schepen Van Staeyen uit.
Dit punt werd op de dagorde geplaatst door de N-VA fractie en mevr. Suls M. licht toe als volgt:
Op dit moment kunnen overledenen in Zandhoven traditioneel begraven worden op de verschillende gemeentelijke begraafplaatsen.
De crematie-as kan ook bijgezet worden in een columbariummuur of in een urneveld, of uitgestrooid worden op een strooiweide.
N-VA Zandhoven wenst bijkomend een natuurbegraafplek of herdenkingsbos waar as verstrooiing kan plaats vinden en/of waar biologisch afbreekbare urnen kunnen begraven worden. Natuurbegraafplekken zijn zones op natuurlocaties.
De inrichting ervan kan enkel binnen openbare domeinen, in specifiek door lokale overheden aangeduide zones én met toestemming van het Agentschap voor Natuur en Bos.
De belangrijkste functie van het gebied blijft ‘het in stand houden, ontwikkelen en beheren van de natuur’ maar het is ook mogelijk om een kleine open plek te creëren voor een afscheidsceremonie.
Het wettelijk kader hieromtrent is terug te vinden op de website van ANB.
Onze afdeling is voorstander van zo’n natuurbegraafplek en we voelen ook aan dat er een stijgende maatschappelijke vraag is aan een laatste rustplaats in de natuur.
En vermits zomaar begraven in de natuur niet mag in Vlaanderen vragen wij aan het college van burgemeester en schepenen te onderzoeken waar een natuurbegraafplaats kan ingericht worden.
Van het ANB mag er enkel op de herdenkingsplaats iets ingericht worden zoals stukken boomstam om op te zitten… Indien u (burgemeester) ons de gegevens van jullie contactpersoon bij ANB opgeeft, willen we gerust zelf al eens navraag doen voor een geschikte locatie.
De burgemeester antwoordt dat zij helemaal niet tegen dit voorstel zijn en hij stelt voor om samen te zoeken waar zulke natuurbegraafplaats zou kunnen komen en bij Natuur en Bos te informeren waar zij nog bossen hebben, niettegenstaande er nog nooit een vraag hierover geweest is bij de dienst Burgerzaken.
Dhr. Belmans W. vraagt of we niet best een plaats zoeken waar we ook kunnen begraven.
Dit punt werd op de dagorde geplaatst door de Vlaams Belang fractie en dhr. Stulens P. licht toe als volgt:
Ik heb dit punt geagendeerd omdat er in Viersel na het krantenartikel van vorige week veel commotie is ontstaan, en ons inziens terecht. Kwaad bloed zet dan ook nog eens de verklaring van de burgemeester hierbij die zich herinnerde dat sommige mensen uit Viersel ook wel van de rust genoten toen de brug een tijdlang afgesloten was.
Volgens de brief aan de inwoners zou de Herentalsebaan tweemaal zeven weken worden afgesloten, en dit onder voorbehoud van weerverlet en onvoorziene omstandigheden. Dus voor minstens 14 weken zou er geen doorgaand verkeer kunnen plaatsvinden en wordt alle verkeer omgeleid via de N14. Nu is het verkeer over de brug in Massenhoven reeds meer dan verzadigd tijdens de spitsuren. En dan komt er ook nog eens een omleiding door werken op de baan naar Nijlen.
Zowel de handelaars als de bewoners zijn absoluut niet meer gediend met nog eens een onderbreking van de Herentalsebaan. Vooral de handelaars hebben noodgedwongen reeds de maandenlange onderbreking bij de bouw van de kanaalbrug moeten overleven. Een nieuwe omleiding is dan ook uit den boze. Er moet dus minstens één rijvak vrij blijven dat dan via verkeerslichten alternerend door de beide rijrichtingen kan gebruikt worden.
Burgemeester antwoordt dat het bestek m.b.t. de aanleg van 2 toegangspoorten in Viersel eenparig werd goedgekeurd, maar er wordt altijd gestreefd om de mobiliteit van onze inwoners te behouden en alternerend rijden mogelijk te maken. Dit dossier werd samen met alle veiligheidsdiensten en Technische Dienst bekeken en de veiligheidsdiensten verkozen zelfs om de 2 poorten gezamenlijk aan te leggen maar dan was Viersel gedurende deze periode volledig afgesloten en dat wilden we niet. Op uw vraag waarom niet alternerend? In de Venstraat gaat men riolering leggen en de leidingen hiervan komen onder het kruispunt waardoor daar 1 grote put komt: het is dus technisch onmogelijk. Dhr. Stulens P. antwoordt: "Het feit dat er bij fase 1 een buis of buizen moeten gestoken worden van de Venstraat naar de Watersportlaan kan goed zijn, doch dit kan geen zeven weken duren, laat staan zelfs een ganse week. Bovendien geldt dit niet voor fase 2 aan de Parochiestraat-Vilderhaag. Trouwens, ook de Dennenlaan werd niet onderbroken bij de aanleg van een middenberm ter hoogte van de Keulsebaan". De burgemeester antwoordt dat vanaf het technisch mogelijk is, ze er alles aan zullen doen om 1 kant open te leggen maar dat hij hierover nu nog niets kan zeggen maar de werken worden opgevolgd.
Dhr. Stulens P. antwoordt: "Dat de Dennenlaan niet onderbroken werd omdat ze daar breder is dan de Herentalsebaan is maar een flauwe smoes. Jullie verplichten ons de mensen van Viersel te informeren over jullie onwil.”
Dhr. Peeters W. voegt toe: "Wij willen onze collega’s daarin steunen. Ik was ook in de kerk 2 jaar geleden en had daar een positief gevoel bij het voorbeeld van de Dennenlaan voor ogen. Maar dat deze werken 4 maanden zullen/zouden duren, had niemand verwacht. We hebben ocharme 4 buurtwinkels en we hopen met een bang hart dat deze er alle 4 nog zullen zijn tegen de zomer. Die pijpleiding laten we nog in het midden. We hopen gewoon dat de werkzaamheden zo snel mogelijk afgelopen zijn.
Een brug leggen op 4 maanden tijd, daar kan men nog inkomen maar een wegversmalling aanleggen, lijkt relatief simpel. We zijn gewoon bezorgd voor de bewoners en de handelaren. Tijdens de vernieuwing van de baan naar Nijlen moest men gedurende 1 jaar over 1 rijstrook rijden."
Burgemeester antwoordt dat ook wij dat hopen voor de handelaars en dat deze laatsten kunnen rekenen op een hinderpremie.
Dhr. Geens J. vult aan dat in de Keulsebaan 1 rijvak is blijven liggen en 1 rijvak een bocht vormt. Hij bevestigt nogmaals dat, zodra het technisch kan, zeker alles zal gedaan worden om alternerend te rijden.
De agendapunten 2, 11 en 12 werden samen besproken.
Dit punt werd op de dagorde geplaatst door de Vlaams Belang fractie en dhr. Stulens P. licht toe als volgt:
Onze verouderde deontologische code dateert van 24 mei 2007.
Het is van januari 2013, het begin van de vorige legislatuur, geleden dat de deontologische code nog eens werd voorgesteld, dit is dus 10 jaar geleden.
Vele raadsleden en mandatarissen kennen het bestaan ervan niet eens en kunnen er zich dan ook niet naar gedragen.
De code staat trouwens ook niet op de gemeentelijke website, hetgeen een inbreuk is op de openbaarheid van bestuur.
Op de gemeenteraden van 20 mei 2021, 24 maart 2022 en 17 december 2022 brachten wij dit reeds ter sprake. Telkens werd geantwoord dat men dit eens grondig zou bekijken en aanpassen waar nodig.
Aangezien de deontologie van sommige raadsleden de laatste tijd erg in twijfel wordt getrokken en objectief gezien wel terecht, denken we alleen nog maar aan de behandeling van de verzekeringsportefeuille van de gemeente, wordt het hoog tijd om de code te herzien, aan te passen en aan alle mandatarissen kenbaar te maken.
Dit punt werd op de dagorde geplaatst door de Vlaams Belang fractie en dhr. Stulens P. licht toe als volgt:
In onze verouderde deontologische code staat vermeld: “Zolang er geen deontologische commissie is opgericht zal de gemeenteraad deze taak zelf waarnemen”.
Zopas werd op 17/01/2023 in de Commissie Binnenlands Bestuur van het Vlaams Parlement een voorstel van decreet goedgekeurd tot wijziging van het decreet van 22 december 2017.
Dit decreet verplicht elke gemeenteraad om een aparte deontologische commissie op te richten.
Dit zal eerstdaags ongetwijfeld ook in de plenaire vergadering worden goedgekeurd.
1. Vertruyen O. vraagt:
a) of er controle gebeurt op de werken aan de nutsvoorzieningen zoals nu in Viersel? Bij de werken aan de nutsvoorzieningen stonden ze daar halfweg op de baan. De passerende auto’s rijden daar half over het fiets/voetpad.
Burgemeester antwoordt dat hij dit ook heeft vastgesteld en doorgegeven heeft aan de Technische Dienst.
b) wat de bedoeling is met de bomen in de bocht t.h.v. firma Maes; bomen in de bocht daar zijn slecht, er is al ene omgevallen en de 2de boom is zelfs zonder slag of stoot omgevallen.
Schepen Geens J. antwoordt dat deze bomen op privégrond staan en hiervoor een vergunning werd afgeleverd, maar we bij de persoon zullen informeren wat zijn bedoeling is.
2. Nagels P. heeft een vraag over de ontharding van speelplaatsen in de gemeente: "Jong N-VA heeft dit in juni '21 al voorgesteld en in 2021 & 23/06/2022 heeft onze fractie dit op de gemeenteraden gebracht. Op het artikel in het Laatste nieuws van 10 juni 2021 (zie https://www.hln.be/zandhoven/jong-n-va-zandhoven-wil-klimaatspeelplaatsen-in-de-gemeente~a1441f41/ van 10 juni 2021) hebt u, burgemeester hier het volgende op geantwoord in HLN: "Ik heb me al drie weken geleden ingeschreven voor die webinar, dus dat komt zeker in orde. Als er interessante subsidies komen, zullen we daar ook op intekenen.". Vanuit Vlaanderen is/was er een subsidie voorzien van negen miljoen euro in de ontharding en vergroening van onze Vlaamse speelplaatsen. Onderwijsinstellingen konden vorig jaar een project indienen. Er werden uiteindelijk 103 vernieuwende schoolprojecten geselecteerd over heel Vlaanderen. Heeft het bestuur hiervoor een aanvraag gedaan en zoja wanneer en wat is de stavaza?"
Schepen Geens J. antwoordt dat de school in Pulle een project heeft ingediend en dat we ook meegeholpen hebben met het onthardingsproject van de school in Pulderbos.
Schepen Maes M. zegt dat er ook in Zandhoven een participatietraject werd opgestart voor de ontharding.
3. Suls M. die het volgende verklaart:
a) "Ik werd gecontacteerd door een brave burger. Hij ging zijn nieuwe identiteitskaart afhalen in het gemeentehuis aan de balie.
Men krijgt dan een PIN en PUK code om de nieuwe kaart te activeren. Het kastje waarop de codes moeten ingevoerd worden, geraakt niet tot bij de burger vanwege de plexi afscheiding, de kabel schijnt te kort te zijn. En dus vraagt de baliemedewerker de PIN & PUK code om die dan zelf in te tikken. Waarmee de burger natuurlijk niet gediend was omdat dit GDPR gewijs een inbreuk is op de privacy. Deze burger heeft hierover al met schepen Rudy Willems gesproken. Rudy zou dit nagaan maar we zijn 6 maanden later, de burger ging polshoogte nemen en er is blijkbaar nog geen aanpassing uitgevoerd."
Annick Smeets antwoordt dat ze dit morgen zal navragen aan de betrokken dienst.
b) "Er is onlangs een personeelsfeest geweest van de medewerkers van de gemeente Zandhoven. Het is heel fijn dat dit na een lange periode opnieuw kan plaatsvinden en dit moet zeker ook verder gezet worden. Wij stellen ons echter de vraag of de gemeenteraadsleden, die ook hun steentje bijdragen aan de werking van de gemeente, ook kunnen uitgenodigd worden."
Burgemeester antwoordt dat het personeel gewoon wil feesten zonder toehoorders.
4. Belmans W. die enkele vragen heeft:
a) Vragen van vorige maand aan OCMW, bij de Meerjarenplanaanpassing 4:
Wij zijn hier ook OCMW-raad, naast Gemeenteraad. Die manier van inkapseling van OCMW in de gemeente, en de nieuwe manier van met meerjarenplannen te werken, heeft er voor gezorgd dat ik als OCMW-raadslid eigenlijk zo goed als niets meer weet over het concrete welzijnsbeleid. Dat is heel anders dan toen ik 45 jaar geleden OCMW-raadslid was. Zo vraag ik mij af:
b) Fietsen van Donkey nemen de plaats in van de gewone fietsen. Dus mensen die met de fiets naar de bushalte komen, kunnen hun fiets niet meer vastbinden aan de rekken. Afdak voor de fietsen? Oude afdak in Pulle is verdwenen.
Schepen Geens J. antwoordt dat zowel in Pulle als in Pulderbos een aangepaste bushalte en bijkomende fietsstallingen komen.
c) Deze namiddag kwam ik met de fiets van Nederviersel, toen ik vanop de kanaaldijk de Watersportlaan indraaide. Ik merkte de aanwezigheid van een fietspad (rode klinkers) aan de linkerzijde van de weg. Maar daar was alleen een bord aanwezig dat een voetpad aanduidt. Is het bord dat het fietspad aanduidt verdwenen? Of hoe moet ik daar fietsen?
Burgemeester antwoordt dat je inderdaad rechts moet rijden maar het wel verwarrend is; als je aan de andere kant rijdt, is het een gevaarlijke situatie aan het kruispunt omdat men geen zicht heeft op het aankomende verkeer.
d) Notulen SC 9 januari: Daar lees ik:
• Inname openbaar domein van 10 oktober 2022 tot en met 14 oktober 2022 in Driehoekstraat 42A te Zandhoven.
Aanvraag ingediend op 29 sept 2022 dr Jiri Kennis, Driehoekstr 42A
• Inname openbaar domein van 16 januari 2023 tot en met 27 januari 2023 in Driehoekstr. 42A te Zandhoven.
Aanvraag van 3 januari 2023 door Jiri Kennis
Welke zin heeft het dat het SC op 9 jan 2023 een beslissing neemt aangaande vergunning voor de periode 10 okt tot 14 okt 2022?
Burgemeester antwoordt dat dit te maken heeft met het reglement inname openbaar domein en naar alle waarschijnlijkheid een rechtzetting van een vergeten aanvraag betreft.
Gezien er tijdens de raadzitting van heden geen verdere opmerkingen worden gemaakt over de redactie van de notulen van de gemeenteraad van 15 december 2022, overeenkomstig art. 36 §3 2° van het huishoudelijk reglement, zijn de notulen van bedoelde zitting, goedgekeurd.
De voorzitter sluit de vergadering.
Namens 1 Gemeenteraad,
Annick Smeets
Algemeen directeur
Paula Henderickx
Voorzitter Gemeenteraad